België, net als vele andere Westerse landen, wordt geconfronteerd met een steeds ouder wordende bevolking. Waar vroeger de zorg voor ouderen voornamelijk werd opgenomen door familieleden, zien we nu een groeiende afhankelijkheid van gespecialiseerde zorgorganisaties, zowel residentieel als aan huis. Simon Godecharle - hands-on ethicus, bestuurder bij Zorggroep Orion en adjunct-directeur bij het woonzorgcentrum OLV van de Kempen te Ravels - schrijft samen met Vlozo een pleidooi voor meer ondernemerschap in de zorg.
Maatschappelijk context
De demografische verschuiving brengt uitdagingen met zich mee op het gebied van gezondheidszorginfrastructuur, beschikbaarheid van arbeidskrachten en financiële middelen voor ouderenzorg. Want de toename van het aantal ouderen én de groeiende levensverwachting van deze ouderen in onze samenleving (de zogenaamde ‘dubbele vergrijzing’).
Zo horen we in de media al jarenlang de steeds luider wordende noodkreet van zorgvoorzieningen naar voldoende en goed opgeleid zorgpersoneel, met name in de ouderenzorg, waar tekorten een groeiend probleem vormen. Tevens leidt dit tekort voor dat zorgpersoneel zelf tot een verhoogde werkdruk en tot slot tot een potentieel verminderde kwaliteit van zorg voor de ouderen. Bovendien neemt niet alleen het aantal ouderen in de
meeste Westerse samenlevingen gestaag toe, ook de toenemende complexiteit van de zorgnoden stelt de ouderenzorg voor belangrijke uitdagingen.
De traditionele modellen van ouderenzorg staan daardoor steeds meer onder druk. Wanneer we Belgische ouderen bevragen over hun toekomstperspectief, zoals de Koning Boudewijnstichting recent deed, lezen we dat de overgrote meerderheid van de (niet-hulpbehoevende oudere) mensen het model van het woonzorgcentrum niet verkiest als woonzorgomgeving voor zichzelf (1). Hoe dan ook, ook het woonzorgcentrum moet evolueren, veranderen en vernieuwen.
"Evolueren, veranderen en vernieuwen, kortom innovatie, dat is precies wat ondernemerschap kenmerkt. Ondernemerschap in de ouderenzorg beschouw ik als een cruciale oplossing om te voldoen aan de complexe behoeften van onze vergrijzende bevolking. Bij Vlozo zetten we ons in om de continuïteit van zorg te versterken, juist door de waarde die ondernemerschap in de zorg brengt." Simon Godecharle
Kiezen moet kunnen
Zorg is een basisrecht (2). Wanneer we spreken van een recht, staat er telkens een plicht tegenover. Als zorg een basisrecht is, dan is er een plicht van de samenleving om betaalbare, toegankelijke, laagdrempelige, kwalitatieve en veilige zorg te voorzien. Het zorgmodel dat zorginstellingen vandaag uitdragen lijkt steeds minder in staat om die betaalbaarheid en toegankelijkheid van zorg te waarborgen. Maar indien zorg niet langer toegankelijk, betaalbaar of kwaliteitsvol is, is het moeilijk nog een universeel recht te noemen. We geloven daarom dat ondernemerschap in de zorg noodzakelijk is om de voornoemde drie criteria in de zorg te borgen.
Ondernemerschap stimuleert immers innovatie en kan flexibeler inspelen op de groeiende en veranderende zorgnoden en tekortkomingen van vandaag en morgen. Ondernemerschap kan meer maatwerk leveren. Wij geloven dat de klant koning is, ook in de zorg. Kiezen moet kunnen. Wij vinden het normaal dat ook ouder wordende mensen autonomie willen. Wij vinden het normaal dat zij zelf willen kiezen uit een variatie aan woonvormen en zorgvormen. Wij geloven dat ondernemers sneller op deze vraag kunnen inspelen en zo ook worden uitgedaagd creatief uit de hoek te komen om een passend (zorg)aanbod te voorzien. De private zorgsector kan daarom een gelijkwaardige en toonaangevende partner zijn van andere aanbieders van (ouderen) zorg. Bovendien heeft de sector een sterk netwerk uitgebouwd over verschillende zorgsectoren heen (thuiszorg, woonzorgcentra, assistentiewoningen, dienstencentra, …) dat zij hiervoor kan aanboren.
Over winst en waarde(n)
Bij veel mensen leeft een morele verwachting dat men binnen bepaalde domeinen van de samenleving geen economisch verdienmodel uitbouwt dat geld kapitaliseert en al dan niet uitkeert aan eigenaars of investeerders. Dit geldt bijvoorbeeld voor zorg en onderwijs. De betrokkenheid van de private sector op zo’n ‘universeel recht’ op zorg, wekt dan de bezorgdheid dat het maken van winst de kwaliteit van de zorg zou ondergraven of verminderen. Wij geloven dat deze vrees ongegrond is; ondernemerschap kan juist de innovatie en efficiëntie bevorderen die nodig zijn om de kwaliteit en continuïteit van zorg te waarborgen.
Ten eerste biedt ondernemerschap ook in de zorg een flexibel en innoverend antwoord op de groeiende zorgnoden van vandaag. Private zorgondernemingen bieden net daarin een meerwaarde. Ten tweede kan iets een basisrecht zijn en tegelijkertijd onderworpen zijn aan een economisch winstmodel. Artikel 25 van de Universele verklaring van de rechten van de mens stelt dat voeding, kleding en huisvesting eveneens basisrechten zijn. Net zoals bij zorg is er voor deze rechten ook een plicht vanuit de samenleving om hierin te voorzien. Toch zijn in onze samenleving aan al deze sectoren ook economische winstmodellen gekoppeld. Landbouwers produceren voedsel met een winstmodel als uitgangspunt, logistieke bedrijven verdelen voedsel vanuit een winstmodel, supermarkten verkopen voedsel vanuit een winstmodel. Wél voorzien we als samenleving een sociale correctie op deze winstmodellen. Wie in nood zit, kan – voor huisvesting, voeding, kleding en andere basisrechten – bij overheidsinstanties en liefdadigheidsinstellingen aankloppen voor ondersteuning. Het uitbouwen van een private zorgsector neemt niet weg dat andere zorgsectoren niet kunnen en moeten bestaan.
Tot slot menen wij dat de erkenning van de rechtmatigheid van winst in de zorgcontext niet uitsluit dat zorgondernemingen ook netwerken zijn van mensen die een sociaal doel dienen en een maatschappelijke meerwaarde willen creëren. Winstmaximalisatie mag nooit het enige doel worden van de private zorgsector en het boeken van financiële winst mag nooit ten koste gaan van de kwaliteit van zorg. Integendeel, wij geloven dat een gezonde winstmarge een grotere investering in zorgkwaliteit mogelijk maakt. Daarom moeten mensen die de moed hadden om te investeren in zorg daarvoor gepast beloond worden. Zij dienen tevens als een voorbeeldfunctie voor andere (potentiële) investeerders. Uiteraard bestaan er in onze samenleving juridische en deontologische kaders om de kwaliteit van de zorg te waarborgen.
Meer weten? Lees er alles over in de 2de editie van het Vlozo Vitaal magazine
Bronnen
(1) De Rynck, P., Dispa, M.-F., Tegenbos, G. Kiezen moet kunnen. Ook voor ouderen. De woonzorgomgeving van de toekomst. Brussel, Koning Boudewijnstichting, 2022, p. 20. Geraadpleegd via: www.kbs-frb.be.
(2) De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (1948), De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, artikel nr 25.
댓글